Haar eerste weken bij het Fonds zitten erop. Wat is haar missie, wat drijft haar en van welke culturele activiteit wordt ze blij? Tijd voor een kennismaking met directeur-bestuurder Gabbi Mesters.
Cultuur is een universele taal, ontdekte Gabbi al op jonge leeftijd. Op haar zestiende groeide haar liefde voor theater tijdens een Europees straattheaterproject en vervolgens studeerde ze theaterwetenschappen. “Ik ontdekte hoe ontzettend belangrijk cultuurparticipatie én -educatie zijn voor de cohesie, niet alleen in je buurt maar in de hele samenleving. Cultuur geeft vreugde en verbondenheid. Het boeit en raakt mensen, overal.”
Terug naar het Fonds
Dit is niet Gabbi’s eerste baan bij het Fonds voor Cultuurparticipatie. Kort na de oprichting van het Fonds werkte ze er eerst als jurist, daarna als projectleider. Ze ontwikkelde onder andere de subsidieregeling Ouderenparticipatie. “Voor het eerst werkte een rijkscultuurfonds met andere domeinen samen. Ik vond het heel leuk om op zo’n manier te innoveren dat die participatie ook duurzaam werd.” Haar achtergrond als jurist (ze studeerde ook rechten) kwam daarbij goed van pas. “Ik heb geleerd te pleiten en zaken goed over het voetlicht te brengen. Dat is heel behulpzaam in mijn werk binnen de culturele sector.”
Voor haar terugkeer bij het Fonds als directeur-bestuurder, in maart 2025, was ze werkzaam als directeur bij de Vereniging van Schouwburg- & Concertgebouwdirecties (VSCD). Tijdens en na de coronacrisis was daar een stip aan de horizon nodig: wat is er nodig? Wat willen de leden? “We moesten ons ontwikkelen om blijvend impact te maken,” zegt Gabbi. “De vragen van het Fonds zijn vergelijkbaar: waar hebben onze aanvragers behoefte aan? Hoe kunnen wij hen zo goed mogelijk op weg helpen?”
"Waar hebben onze aanvragers behoefte aan? Hoe kunnen wij hen zo goed mogelijk op weg helpen?”
In verbinding
Bij het beantwoorden van die vragen helpt, wat haar betreft, één ding: focus. “Mensen ervaren nog steeds drempels om subsidie aan te vragen. Het moet een fijne ervaring zijn om financiering aan te vragen bij een Fonds. Als wij meer focus aanbrengen in onze werkzaamheden, kunnen we onze aanvragers beter van dienst zijn.” Het spreekt Gabbi daarom aan dat het Fonds heeft gewerkt aan het verbeteren van de werkwijze en toegankelijkheid. “Dat blijven we doen. We nodigen aanvragers uit aan tafel en gaan met ze in gesprek. Hun kennis en onze expertise vormen samen een compleet verhaal. Zo is onze waarde en daarmee toekomstbestendigheid helder én gedragen door het culturele veld.”
Het Fonds voor Cultuurparticipatie is volgens Gabbi onmisbaar. “Wij zijn er voor iedereen, want iedereen doet aan cultuur, ongeacht achtergrond, leeftijd of politieke voorkeur. Het brengt ontspanning, maar ook verbondenheid. Dat merkte je vooral tijdens de coronacrisis: meteen werd duidelijk hoe kleurloos een samenleving is zonder cultuur.”
"We nodigen aanvragers uit aan tafel en gaan met ze in gesprek. Hun kennis en onze expertise vormen samen een compleet verhaal."
Betrokken en gedreven
Dat voelen de medewerkers van het Fonds ook. Hun gedrevenheid heeft Gabbi positief verrast: “De energie en de betrokkenheid is hier enorm! In de interim-periode van Barbara (de Greeff, de voorganger van Gabbi, red.) is de organisatie verbeterd en daarmee de ambitie gegroeid. Mijn collega’s stralen eigenaarschap en kracht uit. Dat is fijn om te merken.” Volgens Gabbi is dat de beste basis om vervolgstappen te zetten. “Vanuit die betrokkenheid kunnen we meer naar buiten kijken. Onze drijfveer is het landelijk bevorderen van cultuurbeoefening, naast de inspanningen van gemeentes en provincies. Bij dat werk hoort een grote verantwoordelijkheid. Daarom richten we ons ook op de behoeften op lokaal niveau, bijvoorbeeld met ons project Fonds in de Regio. Zo kunnen we het geld bewuster verdelen. En door datagedreven te werken en vaker te evalueren, hoop ik dat we onze dienstverlening nog meer kunnen verbeteren.”
Samen zingen
Als Gabbi één culturele activiteit zou aanraden, dan is het samen zingen. “Zonder twijfel. Zingen is niet alleen goed voor jezelf, maar zorgt ook voor een gevoel van geborgenheid. Waar samen wordt gezongen, ontstaat een gemeenschap. Je doet iets samen, je ontspant en laat iets van jezelf zien. Een ander doet dat ook, en opeens denk je: ‘Oh, wat leuk. Hier kom ik de volgende keer weer terug.’ Dát is verbinding.”
Die verbinding kan, volgens Gabbi, ontstaan in elke vorm en op ieder niveau van cultuurbeoefening. “Je bent iets aan het maken en terwijl je bezig bent, gaat het stromen. Of je nu een groot talent bent of een pas begonnen amateur: je doet iets uit liefhebberij, omdat je er plezier in hebt. Dat is een kostbare en betekenisvolle tijdsbesteding. Ik zie om me heen dat we daar steeds meer waarde aan hechten. Een goede ontwikkeling!"